Deze verordening stelt eisen vast voor het ontwerp en de vervaardiging van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) die op de markt moeten worden aangeboden met het oog op de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van gebruikers, en stelt regels vast voor het vrije verkeer van PBM in de Unie.

Risicocategorieën van PBM

Categorie I omvat uitsluitend de volgende minimale risico's:

  • oppervlakkig mechanisch letsel;
  • contact met vrij onschadelijke schoonmaakmiddelen of langdurig contact met water;
  • contact met warme oppervlakken van niet meer dan 50 °C"

Categorie II omvat andere risico's dan die vermeld in de categorieën I en III;

Categorie III omvat uitsluitend de risico's die zeer ernstige gevolgen kunnen hebben, zoals overlijden of onomkeerbare schade aan de gezondheid, en die betrekking hebben op het volgende:

  • stoffen en mengsels die gevaarlijk zijn voor de gezondheid;
  • schadelijke biologische agentia;
  • warme omgeving met effecten die vergelijkbaar zijn met die van een luchttemperatuur van minstens 100 °C;
  • koude omgeving met effecten die vergelijkbaar zijn met die van een luchttemperatuur van – 50 °C of minder;
  • snijwonden door kettingzagen;
  • schotwonden of messteken;

Conformiteitsbeoordelingsprocedures

Categorie I: interne productiecontrole.

Categorie II: EU-typeonderzoek, gevolgd door conformiteit met het type op basis van interne productiecontrole

Categorie III: EU-typeonderzoek, gevolgd door conformiteit met het type op basis van interne productiecontrole + conformiteit met het type op basis van kwaliteitsborging van het productieproces (module D).